Tijdens de naverwerking blikken de kinderen terug op het bedrijfsbezoek. 

Het expliciteren van de link tussen de eigen ervaringen en de ervaringen in de reële wereld van het bedrijf staat centraal (= transfer). Bij uitbreiding gaan de kinderen opnieuw zelf aan de slag met de STEM-praktijken van ontwerpen, onderzoeken en optimaliseren. 

In de literatuur (Post, Walma van der Molen, 2014) wordt de link tussen de kinderen hun ervaringen in de klas en op het bedrijf als een belangrijk aandachtspunt beschouwd om de houding van kinderen positief te kunnen stimuleren voor STEM-disciplines, zoals techniek. De leerkracht speelt een cruciale rol in het expliciteren van deze transfer door te kinderen uit te dagen om het proces van ontwerpen, onderzoeken en optimaliseren te herkennen zowel in hun eigen activiteiten als de activiteiten in de reële bedrijfswereld.

Gebruik het STEM-schema als houvast tijdens de terugblik om vragen te stellen zoals:

  • Wat wordt er gemaakt in het bedrijf? Waarvoor biedt dit een oplossing?
    Wat hebben wij in de klas bedacht en gemaakt? Waarom?
     
  • Hoe wordt dit gemaakt? Wie is daar allemaal bij betrokken?
    Hoe verliep dat in de klas? Welke beroepen waren bij ons verantwoordelijk voor het uitvoeren van de oplossing, het maken van het ontwerp?
     
  • Zoekt men nog naar verbeteringen in het bedrijf? Ja, welke? Hoe pakt men dit aan?
    Hebben wij in de klas onze oplossing bijgestuurd? Waarom? Hoe hebben we dat gedaan?
    Hebben we ook gezocht naar manieren om sneller/veiliger/… te werken? Hoe hebben we dat aangepakt?

     
  • ...

Didactische tips

Informatie analyseren en interpreteren

Zet de kinderen aan om tijdens de terugblik de informatie die ze verzamelden tijdens het bedrijfsbezoek te gebruiken om je vragen te beantwoorden. Aan de hand van hun foto’s, notities, verzamelde materialen, … kunnen ze ook verslag uitbrengen in de vorm van een artikeltje voor de schoolkrant, de klasblog, …

Nog een uitdaging

Geef de kinderen de kans om nog eens het proces van ontwerpen, onderzoeken en optimaliseren te beleven.

Ga met hen op zoek naar een probleemstelling bv. binnen de context van de school/klas, die de kinderen kunnen aanpakken via onderzoek en ontwerp. Geef hen de kans om zelf oplossing(en) te bedenken en deze te optimaliseren.

Enkele voorbeelden van uitdagende probleemstellingen die kunnen leiden tot allerhande oplossingen:

  • We hebben weinig plaats, maar toch willen we meer groen op school!
    (m² tuin, hangende bloempotten, verticale tuin, groen op iedere bank, …)
  • We spelen graag in de schooltuin, maar we willen geen vuile voeten in de klas!
    (opbergkast voor reserve schoenen, unieke schoenborstels, wasbare overtrekjes voor schoenen, ...)
  • We moeten Franse woordjes inoefenen, maar kan dit ook op een leuke manier!
    (elektro met woordkaarten, spelbord ‘Wat is het?’, online tool, …)
  • ...

Een andere mogelijkheid: de bedrijfsleider legt een probleemstelling voor aan de kinderen. Deze probleemstelling kan aansluiten bij de specifieke context van het bedrijf. Het belangrijkste is echter dat de probleemstelling de kinderen uitdaagt om zelf nog eens te onderzoeken, ontwerpen en optimaliseren.